Naar meer efficiënte hulpverlening aan gezinnen in de Blauwe wijk

Een betere kwaliteit van leven, efficiëntere hulpverlening en een daling van de kosten. Dat is de inzet van het project ‘Gezamenlijke aanpak huishoudens’, een van de deelprojecten van de pilot Blauwe zorg in de wijk in vier Maastrichtse wijken. In dit deelproject kunnen professionals huishoudens voordragen die heel veel zorg ontvangen en waar dus heel veel hulpverleners over de vloer komen.

“Dit gebeurt altijd in samenspraak met de gezinnen”,

zegt Sanne Grootjans, die als promovendus van de academische werkplaats onderzoekt wat het effect is van de pilot ‘Blauwe zorg in de wijk’ In verschillende deelprojecten van de Blauwe wijk wordt geprobeerd om meer samenhang aan te brengen in de zorg voor mensen in een kwetsbare positie. Uitgangspunt vormt het principe van positieve gezondheid: professionals worden getraind om breder naar de gezondheid van mensen te kijken en hebben oog voor hun individuele veerkracht en de sociale cohesie in de wijk.

Binnen het deelproject Gezamenlijke aanpak huishoudens, ook wel domeinoverstijgende gezinnen genoemd, is Sanny Stauder aangesteld als onafhankelijke coach. Zij bezoekt de gezinnen die door de professionals zijn aangedragen. Inmiddels zijn dat er zeven.

“Ik kom bij gezinnen met verschillende complexe problemen en waar talloze zorg- en hulpverleners komen. Aan de hand van de domeinen in het spinnenweb van positieve gezondheid kijk ik samen met een gezin welke zorg en hulp zij krijgen, hoe dit verloopt en wat hun wensen zijn. Mijn doel is om samen met het gezin te komen tot een integrale werkwijze die het best past bij de vraag van het gezin én die zorgt dat zorg- en hulpverleners onderling efficiënter gaan werken. Zodat we niet zorg blijven ‘stapelen’, maar juist tot een beweging komen, waardoor dingen echt veranderen voor een huishouden”,

vertelt Sanny Stauder.

Zo is er een gezin waar zeventien hulp- en zorgverleners over de vloer komen, vult Sanne Grootjans aan.

“Die hebben allemaal hun eigen expertise, maar de vraag is of een gezin zoveel hulpverleners nodig heeft”,

zegt zij. De volgende stap die daarom in het project gezet wordt, is dat hulpverleners van twee gezinnen in twee aparte groepen bij elkaar komen. Zij gaan in gesprek met elkaar om te onderzoeken hoe zij de situatie van hulpverlening zelf beoordelen. De twee gezinnen waar het om gaat, worden daarbij uitgenodigd. Sanne Grootjans:

“Een van de overkoepelende onderzoeksvragen in de Blauwe wijk, is of de deelnemende organisaties daadwerkelijk de daad bij het woord kunnen voegen: lukt het hen inderdaad om de hulpverlening efficiënter te regelen en samen het systeem anders in te richten? Een tweede belangrijke vraag is of die wijziging blijvend is en of we er in slagen het project te verduurzamen; dat iemand van de organisaties bijvoorbeeld zelf de rol van coach in gezinnen overneemt als het project afloopt”,

zegt Sanne Grootjans. Daarvoor hebben partijen nog even de tijd: de pilot Blauwe zorg in de wijk loopt in 2020 af.