Stephanie Brinkhues promoveert op relatie sociale netwerken, infectieziekten en diabetes type 2

Het sociaal netwerk van ouderen biedt duidelijk “een belangrijk aanknopingspunt” voor het in kaart brengen van hun kans op het krijgen van infectieziekten. Dat stelt Stephanie Brinkhues in haar proefschrift Social networks in relation to infectious diseases and type 2 diabetes, waar zij op 31 oktober aan de Universiteit Maastricht op hoopt te promoveren. Haar onderzoek laat verder zien dat mensen in een sociaal isolement vaker diabetes type 2 en daaruit voortkomende complicaties hebben.
Stephanie Brinkhues heeft haar promotieonderzoek uitgevoerd binnen de onderzoeksschool Caphri (UM) en werkt nauw samen met de afdeling Seksuele Gezondheid, Infectieziekten en Milieu (SIM) van de GGD Zuid Limburg. Voor haar onderzoek kon ze gebruik maken van gegevens van De Maastricht Studie. Met haar onderzoeksgroep ontwikkelde ze een predictiemodel waarmee je bij ouderen kunt voorspellen wat hun kans op een infectie is, gebaseerd op hun sociale netwerken.

“Die kans daalt als iemand meerdere goede contacten heeft en daar echt steun van krijgt. Daar staat tegenover dat je met meer infectieziekten in contact komt als je meer mensen kent.”

Dit jaar ontving de onderzoeksgroep subsidie van ZonMw voor het ontwikkelen van een tool voor ouderen gebaseerd op het predictiemodel. Ouderen kunnen zo zelf hun risico’s eenvoudig in kaart brengen.

“Hierin werk ik opnieuw samen met mijn begeleiders Christian Hoebe en Nicole Dukers en dat is heel prettig. We ontwikkelen een applicatie waarin mensen een aantal vragen moeten beantwoorden over hun sociaal netwerk. Op basis daarvan worden hun kansen berekend en krijgen zij meteen een persoonlijk preventieadvies. Met onze samenwerkingspartners stellen wij die preventieadviezen op”,

vertelt Stephanie Brinkhues.

Zij benadrukt dat de tool zich straks zal richten op infectieziekten en dus niet op het tweede onderdeel van haar onderzoek: de relatie van een sociaal isolement en diabetes type 2, inclusief daaruit voortvloeiende complicaties. Met die conclusie kwam zij eerder dit jaar al in het nieuws.

“Dankzij wetenschappelijke publicaties in onder andere Diabetes Journals, is hier meer aandacht voor gekomen, ook bij gezondheidsdeskundigen. Voor hen is het belangrijk om naar dat sociale netwerk van mensen te kijken. Een officiële richtlijn is dat nog niet, maar we hopen door publicaties steeds meer diabetesexperts te bereiken, zodat de wetenschappelijke aandacht verder toeneemt en de praktijk verder beïnvloed wordt.”

Hier vindt u het proefschrift en de samenvatting.