Factsheet helpt scholen met gezondheidsbevordering

“One size fits all” gaat niet op als het om gezondheidsbevorderende activiteiten in het onderwijs gaat.

“De context verschilt per school en dat vraagt om een op maat aanpassing van activiteiten. Dit geeft een verscheidenheid aan mogelijkheden. De vraag is dus: hoe kun je hier als school het beste mee aan de slag gaan, zodat de activiteiten zo goed mogelijk passen bij de school? Met de factsheet De ‘Health Promoting School’ benadering in Europa willen wij daarvoor handvatten bieden”,

vertelt Nina Bartelink.
Zij is postdoc onderzoeker Gezonde School bij de vakgroep Gezondheidsbevordering van de Universiteit Maastricht. In die rol is ze actief in het Europese netwerk genaamd Schools for Health in Europe Network Foundation (SHE). Om kennis over gezondheidsbevordering in het onderwijs te delen, publiceert dit netwerk regelmatig factsheets. Op verzoek van het Europese netwerk schreef Nina Bartelink samen met Kathelijne Bessems een Engelstalige factsheet, die de verscheidenheid aan varianten belicht.

“Het leek ons goed om ook een Nederlandse versie te publiceren, omdat lang niet alle betrokken partijen in het onderwijs het Europese netwerk kennen.”

Deze factsheet is gepubliceerd op de website van het Centrum voor Gezondheidsbevordering van de Universiteit Maastricht. Patricia van Assema en Stef Kremers van de vakgroep werkten hier aan mee.

Aan de hand van zeven spectra beschrijft deze factsheet manieren om naar de context van de school te kijken en aan de slag te gaan. Dit wordt ook wel het ‘navigeren op de spectra’ genoemd. Top down, bottum up is het eerste spectrum.

“Dan gaat het om de vraag: wie is betrokken bij de besluitvorming en uitvoering van de activiteiten. Haal je expertise in huis van professionals buiten de school of betrek je vooral de mensen in de school erbij. Vaak kom je ergens in het midden uit en wordt het een mix”,

zegt Nina Bartelink. Zo beschrijft het tweede spectrum de vraag of je een of meerdere van de zes basiscomponenten van een Health Promoting School benadering die de factsheet beschrijft, meeneemt in de activiteiten. Zoals: alleen kijken naar de fysieke inrichting van de school, of ook naar bijvoorbeeld de sociale schoolomgeving of beleid. Het derde spectrum richt zich op het ontwikkelen van nieuwe interventies, of het vooral gebruik maken van bestaande gezondheidsbevorderende activiteiten. Het vierde spectrum gaat over het disruptieve effect van interventies. Ofwel: zet je het schoolsysteem volledig op zijn kop, zoals in de Gezonde Basisschool van de Toekomst (zie elders deze nieuwsbrief) met de gezonde lunch gebeurde. Of wordt vooral begonnen met enkele eenvoudige activiteiten. Het spectrum ‘Add-on Add-in’ gaat in op de vraag of interventies inpasbaar zijn in het curriculum. Wordt vooral ‘genavigeerd’ richting de linkerkant van het spectrum waarbij de activiteiten bovenop de taken van leraren komen (add-on), of neigt men meer naar de andere kant van het spectrum waarbij de activiteiten zoveel mogelijk geïntegreerd worden in het dagelijks werk van de leraren (add-in). Het zesde spectrum beschrijft hoe je de gezondheidsbevorderende activiteiten onderzoekt. En het laatste spectrum draait om de verspreiding: gebruik je een nationale aanpak of meer een lokale aanpak.

“Zo heeft Schotland er bijvoorbeeld voor gekozen om gezondheid en sociaal-emotioneel welzijn van leerlingen landelijk op te nemen als vereiste in het curriculum. Scholen moeten daar dus iets mee, maar hoe, dat kan dan weer verschillen per school.”